banner

Hogeschool Utrecht heeft de afgelopen anderhalf jaar hard gewerkt om de vrouwen van de ICT-opleidingen zich meer thuis te laten voelen. Dat deed het bijvoorbeeld met netwerkbijeenkomsten, maar ook het vergroten van de groepen vrouwen in de klas. In september stroomde ruim 11 procent vrouwen in de voltijdopleidingen. Een toename vergeleken bij eerdere jaren.

“ICT is overal en heeft grote maatschappelijke impact, maar bij de bouw en ontwikkeling zijn vooral mannen betrokken. Je wilt dat het door en voor iedereen is. De sector zou een afspiegeling van de maatschappij moeten zijn”, zegt Mieke Braadbaart van Hogeschool Utrecht. Ze is onder andere verantwoordelijk voor Gender include IT bij de hogeschool. Anderhalf jaar geleden startte de hogeschool met dit initiatief dat tot doel heeft meer vrouwen naar de ICT-opleidingen te trekken en te behouden. “De vraag naar ICT’ers is zo groot, het is ook noodzaak voor het werkveld dat we meer mensen opleiden. Als veel meer vrouwen ook meedoen kunnen we ook veel beter aan de vraag voldoen”, zegt Braadbaart.

Ze vervolgt: “De meeste ICT-opleidingen lopen achter qua aantal vrouwen. Bij de masteropleiding Master of Informatics is dat anders, daar is zo’n 30% van de deelnemers vrouw. Ik kreeg daarom de vraag om daar eens aan te gaan trekken.” De hogeschool startte met luisteren. “We zijn allereerst in gesprek gegaan met de huidige groep voltijdstudentes ICT. Het was goed om te horen dat ze superhappy zijn en ook heel tevreden met al die mannen om zich heen. Ze gaven wel aan dat ze het vrouwelijk samenzijn missen en dat ze het begin van de opleiding vaak lastig vonden.” Daarnaast werden ook gesprekken gevoerd met vrouwelijke alumni.

Hogeschool Utrecht startte met een aantal initiatieven. “We zijn gewoon begonnen met het doen van een aantal dingen. Gewoon doen en dan kijken of het werkt. Als het goed werkt, gaan we ermee door. Als het niet werkt, dan stoppen we ermee”, zegt Braadbaart.

Mieke Braadbaart van Hogeschool Utrecht

Samenbrengen

De hogeschool is begonnen met het samenbrengen van de verschillende vrouwen. Vrouwen waren verspreid over verschillende klassen en kenden elkaar vaak niet. “Om ze met elkaar in contact te brengen, organiseren we in het begin van het jaar daarom een lunch en borrel voor de eerstejaarsvrouwen. We organiseren ook twee keer per jaar kennis- en netwerkbijeenkomsten voor vrouwelijke studenten, alumni en docentes. En we hebben de groepen vrouwen per klas groter gemaakt. Eerst zaten ongeveer twee vrouwen in een klas, waardoor ze weer alleen zaten als er een uitviel. Nu hebben we 20 tot 25% vrouwen per klas, wat ook betekent dat er klassen zijn met alleen maar mannen.”

Dit zijn vooral initiatieven op behoud, maar ook op werving zijn er activiteiten. “We hebben een vrouwelijke influencer aangewezen rondloopt en verslag doet.” Ook met VHTO is een code event georganiseerd. “Dat vonden we belangrijk om te doen, omdat we weten dat op jonge leeftijd kinderen al worden beïnvloed. Hoe mooi is het om al jong zelf te ervaren hoe leuk ICT kan zijn?”

Natuurlijk zijn er wel af en toe discussies, zegt Braadbaart. “De verdeling man/vrouw is slechts een onderdeel van inclusiviteit en diversiteit, horen we dan. Dat is natuurlijk ook zo. Binnen de hogeschool en bij het Institute of ICT wordt ook gekeken naar diversiteit en inclusie in de breedte. We kijken daarbij naar de Sustainable Development Goals, waar D&Y ook een thema in is. We hebben een docent ICT die ook onderzoek doet hoe je ICT en de SDG samenbrengt. En dat brengen we weer terug naar het onderwijs, zodat het bij onze studenten echt tussen de oren gaat zitten.”

Hogere toestroom

De initiatieven worden goed ontvangen, maar het effect ervan is lastig concreet te maken, zegt Braadbaart. “We hebben echt wel een hogere toestroom van vrouwen dit jaar. Maar we hebben niet de arrogantie om te zeggen dat dat het een een-op-een resultaat is van het afgelopen jaar. Wat ik wel zie, is dat we het gesprek erover hebben.”

Waar Braadbaart erg blij van wordt, is dat de toename ook te zien is bij het onderdeel open-ICT. “We zijn daar van twee naar negen vrouwen gegaan.” In open-ICT is een non-traditionele onderwijsvorm waarin leerling aan de slag gaan met opdrachten uit de praktijk en worden gecoacht. Ze kiezen zelf hun onderwijstraject. “We willen in 2026 alle voltijd ICT-opleidingen meer projectgestuurd aanbieden.”

Braadbaart geeft aan dat de komende tijd nog meer extern wordt gekeken hoe kan worden samengewerkt. “Er zijn zoveel partijen die dit onderwerp belangrijk vinden, we gaan dus vooral meer vrienden zoeken om hiermee samen verder te gaan.”

Tekst: Rian van Heur